Versnelling energietransitie tijdens hybride halfjaarbijeenkomst

Versnelling energietransitie tijdens hybride halfjaarbijeenkomst

Steeds meer projecten die de energie- en grondstoffentransitie mogelijk maken, komen op gang en bereiken technologische volwassenheid. Een optimistische kijk op de energietransitie stond centraal tijdens de halfjaarbijeenkomst van het Deltalinqs Climate Program. Maar er waren ook zorgpunten.

Bij de bijeenkomst waren gedeputeerde Baljeu, wethouder Van Gils en de meeste LOC-ambassadeurs fysiek aanwezig in het Delta Hotel in Vlaardingen. Voor andere genodigden was de bijeenkomst online live te volgen.

In haar welkomstwoord schonk DCP-programmadirecteur Alice Krekt aandacht aan de bijzondere positie die de DCP-partners innemen. "Bedrijven hebben hun bedrijfsvoering aangepast en doorgewerkt in deze Coronatijd. Ze waren vaak een deel van de oplossing door de grondstoffen te leveren. Overheden deden er alles aan om het bedrijfsleven te steunen. Bovendien werken de partners tegelijkertijd aan verwezenlijking van de energie- en grondstoffentransitie. Een bijzondere en belangrijke rol," zo benadrukte Krekt in haar welkomstwoord.

Ook gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland Jeannette Baljeu benadrukte de belangrijke rol van de bedrijven: "Het Rotterdamse industriële cluster is goed gepositioneerd in Europa, maar er moeten nu wel concrete projecten aangedragen worden." Ze stipte aan dat de Coronacrisis een versnelling van het verduurzamingsbeleid en zelfs van het Europees industriebeleid heeft veroorzaakt. Daarnaast merkte ze vanuit haar nieuwe functie als industrierapporteur van het Comité van de Regio’s van de EU op dat de aandacht middenin de ellende enorm uitgaat naar een sterke industriële basis in Europa. "Dat betekent dat je ook hier in Rotterdam dingen zult moeten veranderen. Mede daarom bezien we als provincie samen met Deltalinqs en andere partijen in het Versnellingshuis hoe we sommige verduurzamingsopgaven versneld kunnen uitvoeren. Bijvoorbeeld wanneer het gaat om energie-efficiency en de energie-infrastructuur."

Oplossing stikstofcrisis noodzakelijk
Tegelijkertijd benadrukte Baljeu wel dat we helaas ook nog middenin een stikstofcrisis zitten. "De opgave die daaruit voortvloeit, zou de provincie het liefst in samenhang met het Klimaatakkoord oppakken." Ook directeur Bas Janssen van Deltalinqs gaf aan dat een oplossing voor de stikstofcrisis noodzakelijk is voor de energietransitie. Hij liet weten dat de Coronacrisis zorgt voor een flinke terugval in de overslag, maar tegelijkertijd aantoont dat de industrie echt een vitale sector is, die nu meer waardering krijgt dan voorheen. "Laten we ons uit deze crisis investeren," zo was zijn oproep.

De energieinfrastructuur van de toekomst
David Peters (Stedin), ambassadeur van 'energiemix en infrastructuur', focust op de energie-infrastructuur van de toekomst. ‘De energiemix-studie levert zinvolle resultaten op. Het leert ons heel veel over hoe de energiemix van de toekomst eruitziet.’ Ook met het rapport van de Taskforce Infrastructuur Klimaatakkoord Industrie (TIKI) is een heel belangrijke stap gezet in de energietransitie. Rotterdam is goed gepositioneerd om de energietransitie te versnellen. Het in TIKI genoemde safe house, kunnen wij in Rotterdam ontwikkelen. Tenslotte kondigde hij de systeemstudie naar de energievoorziening in Zuid-Holland aan. "Daarin bereiden we ons voor op de infrastructuur die er regionaal nodig zal zijn."

Duurzaam overslag en transport vraagt support van de overheid
Jan Overdevest (Waalhaven Group), ambassadeur van 'transport en overslag', vertelde over de overgang van steeds meer terminals op elektrische overslag en transport. "Zestig procent van de CO2-uitstoot van de overslagsector is nu afkomstig van elektriciteit. Dat betekent dat we, zodra we helemaal over kunnen gaan op groene elektriciteit meteen een reductie van zestig procent kunnen bereiken." Overdevest mist daarbij nog flankerend beleid van de overheid, aangezien groene stroom nog steeds iets duurder is dan grijze stroom. Omdat het bij terminals om veel verbruik en dus grote getallen gaat, scheelt dat veel geld. "Zodra er CO2-beprijzing komt, wordt dat gat wel kleiner," zo gaf hij aan. Verder ging hij in op de goede ontwikkelingen in elektrificatie van het transport binnen de terminal, en daarbuiten.

Elektrificatie industrie als grote kanshebber wordt versneld door Field Lab
Willemien Terpstra (LyondellBasell), ambassadeur van 'elektrificatie', gaf aan dat er veel technische mogelijkheden zijn voor verdere elektrificatie van de chemische industrie. "Het merendeel van de CO2-uitstoot komt door stoomproductie uit gasboilers, die zou je prima kunnen vervangen door elektrische boilers. Maar het gebeurt nog te weinig en dat ligt deels aan de cultuur en deels aan de betaalbaarheid ervan." In dat kader ging zij ook in op het Fieldlab Industriële Elektrificatie, waarin veel partijen samenwerken aan nieuwe oplossingen voor verdere elektrificatiemogelijkheden – en daarmee CO2-reductie. Ook andere bedrijven kunnen van het Field Lab gebruikmaken, op 8 juli vindt een webinar plaats waarin dieper wordt ingegaan op de mogelijkheden van het Field Lab.

Waterstofeconomie in ontwikkeling door vele projecten
Volgens Ruben Beens (BP), ambassadeur van 'waterstof', is de noodzaak om door te gaan met de energietransitie alleen maar versterkt door zowel de Coronacrisis als de lage olieprijs. "BP’s groene ambities staan hierbij niet ter discussie. Ook zijn we vóór een CO2-belasting, waarbij het mooiste een Europese of zelfs wereldwijde CO2-belasting is." BP is een belangrijke partner in het H-vision-project, waarbij blauwe waterstof de wegbereider is voor groene waterstof. "Door hiermee te beginnen, kan onze raffinaderij de CO2-uitstoot met zestig procent verminderen," stelde Beens. "We hebben daar nog veel steun voor nodig, ook vanuit de overheid. We zijn er nog niet."

Marcel Galjee (Nouryon), eveneens ambassadeur van waterstof: "Waterstof speelt nu al een flinke rol in het industrieel complex. Maar nu wordt dat nog gemaakt uit aardgas, en dat is de ‘grijze variant’. Er lopen verschillende projecten om die productie te verduurzamen naar groene waterstof. Eén ervan is de studie die het ISPT uitvoerde, waarvan het rapport zojuist is gepubliceerd. Bemoedigend, ook omdat het aantoont dat hier op de Tweede Maasvlakte grootschalige elektrolyse kan plaatsvinden. Net als de samenwerking binnen H-vision, een ambitieus maar haalbaar project." Galjee pleitte ervoor om ervoor te zorgen dat Europese steun in Rotterdam kan worden gebruikt om deze verduurzamingsslag te maken. "Zo benutten we ook de economische kans van de energietransitie optimaal." Galjee toonde zich optimistisch over de positionering van Nederland qua groene waterstof: "We hebben misschien niet de goedkope zonnestroom van mediterrane landen, maar we hebben wél veel wind én een sterk geïntegreerd industrieel cluster dat gewend is om nauw samen te werken in complexe dwarsverbanden. Bovendien hebben we een uitstekend infrastructureel energienetwerk." De eerste concrete investering in groene waterstof volgt later dit jaar. Weliswaar in Noord-Nederland en nog niet heel grootschalig, maar ook in Rotterdam zal in de komende jaren geïnvesteerd worden op dit gebied.

Circulaire samenleving in 2050 start door kleine stappen met groot effect
Bart Leenders (Neste), ambassadeur circulariteit, schetste een vergezicht van een volledig circulaire samenleving, maar gaf daarbij meteen aan dat het goede niet mag lijden onder het perfecte. "Pak de kansen en probeer niet alles van tevoren dicht te timmeren", was zijn boodschap. In zijn eigen bedrijf worden steeds meer initiatieven in die richting genomen. "We maken renewables die je in allerlei sectoren kunt inzetten. Zo zorgen we ervoor dat IKEA een deel van zijn producten circulair kan maken en dat McDonalds hun eigen gebruikte frituurvet opnieuw kan gebruiken als brandstof voor hun vrachtauto’s. Bovendien werken we aan chemische recycling van plastic, zodat we het kunnen inzetten als alternatieve grondstof in processen die nu nog om aardolie vragen." Barts mede-ambassadeur Peter Wolfs (TNO) sprak van een systeemwijziging, waarin de industrie de rest van de samenleving mee kan nemen. "We moeten naar de totale transformatie in 2050. Maar om daar te komen, moet je veel uitproberen en de succesvolle onderdelen opschalen. We kijken naar decarbonisatie van de energie, maar ook naar recarbonisatie van de chemie, die je idealiter behaalt door veel te recyclen of door aanvulling met biomassa en uiteindelijk door de inzet van CO2 als feedstock. Ook in het Field Lab Industriële Elektrificatie zoeken we naar de verschillende opties om het ideaal te bereiken.’

Toekomstgericht de crisis uit
Wethouder Arjen van Gils sprak zijn waardering uit voor de veerkracht van het industriële cluster tijdens de Coronacrisis. "Nu we werken aan herstel, gaat de aandacht uit naar meer woningbouw, meer scholing, met aandacht voor de banen van de toekomst, en we denken na over het verminderen van de door de crisis aangetoonde kwetsbaarheden in de logistieke internationale keten. Bovendien willen we investeren in de energietransitie, ook met een energietransitiefonds, en we willen bezien hoe we investeringen naar voren kunnen halen." Zo richt de gemeente zich er, net als de bedrijven, op om toekomstgericht de crisis uit te komen.