Handelsrelaties onder druk; een geopolitieke beschouwing

Handelsrelaties onder druk; een geopolitieke beschouwing

De masterclass Ondernemersklimaat van 14 februari 2019 kende twee onderwerpen: een geopolitieke beschouwing van handelsrelaties en het optimaliseren van de logistieke infrastructuur.

De geopolitieke handelsrelaties worden de laatste tijd met name gedomineerd door Brexit en de handelsoorlog die dreigt uit te breken tussen de Verenigde Staten van Amerika enerzijds en Volksrepubliek China en Europa anderzijds. Met name bij Brexit wordt de situatie langzamerhand nijpend. Brexit-day op 29 maart komt er snel aan en zonder deal is het een ‘harde landing’.

Voor de door de Britse regering gesloten deal met de Europese Unie is geen meerderheid in het Britse Lagerhuis te vinden en de opdracht van het Britse parlement voor de Britse regering om met de Europese Unie alternatieven te bespreken vindt in Brussel geen gehoor. Kortom, een maand voor Brexit-day is er nog steeds geen zicht op hoe het er na 29 maart 2019 aan toegaat. Deze hoge mate van onzekerheid heeft ertoe geleid dat bedrijven zich langzamerhand massaal aan het voorbereiden zijn op een no deal situatie. Strategische voorraden worden aangelegd, contracten worden aangescherpt en inzichtelijk wordt gemaakt aan welke formaliteiten straks voldaan moet worden.

Tegelijkertijd dreigt er een handelsoorlog uit te breken tussen de VS en China. Als gevolg hiervan worden er wederzijds forse douanerechten van 25% opgelegd op een groot aantal producten. Aan weerszijden hebben we het dan over meer dan 300 miljard US dollars. Het beschermen van de eigen markt komt steeds nadrukkelijk op de (openbare) agenda van regeringsleiders te staan. Ondernemers moeten er rekening mee houden dat dit niet langer incidenten zijn, maar dat zij bij het huidige beeld passen.

Deze grote veranderingen en hoge mate van onzekerheid brengen automatisch bedreigingen met zich mee, maar bieden ook kansen. Zo kunnen individuele bedrijven uit Europa misschien wel profiteren van de handelsoorlog tussen China en de VS. Ook is het zeer wel denkbaar dat bedrijven die het minst oponthoud en de beste service kunnen leveren na Brexit er uiteindelijk beter van gaan worden. Voor beide situaties geldt dat een goede voorbereiding en snel anticiperen op de nieuwe werkelijkheid weleens het verschil kunnen gaan maken.       

Een optimale logistieke infrastructuur
Vanuit internationale klanten wordt KPMG veelvuldig gevraagd om een netwerkstudie te doen om te bepalen wat de beste logistieke infrastructuur (kijkend naar service en kosten) is om de klanten te bedienen. Gestart wordt met een zogenaamde. ‘gravity analyse’, waarbij in kaart wordt gebracht welke klanten welke producten kopen met de bijbehorende servicelevels. Hierna worden er een aantal scenario’s doorgerekend om uiteindelijk de optimale infrastructuur te bepalen. Na deze exercitie wordt elke potentiele nieuwe regio voor locatie geanalyseerd op factoren als volumes, service, kosten, voorraden et cetera. Dit geeft dusdanige details om te bepalen of de betreffende regio’s interessant zijn om in meer detail te onderzoeken. Bij positief besluit vindt er een werkelijke locatiestudie in detail plaats die kijkt naar een vijftal criteria: 1) Strategische: klanten, concurrenten en arbeidskrachten, 2) Kwaliteit van de infrastructuur: beschikbaarheid van grond, bereikbaarheid via wegen, water en rail, 3) Financieel: investeringen, operationele kosten en belasting, 4) Regelgeving: land en lokale regelgeving en 5) Risico’s: politieke stabiliteit, criminaliteit en klimaatinvloeden.

Gedurende het traject worden de detail businesscases ten opzichte van de oorspronkelijke business case neergelegd om te zorgen dat de juiste besluiten genomen worden. Tijdens de masterclass schetste KPMG dit proces en toonde aan dat soms onverwachte keuzes leiden tot een veel optimalere logistieke infrastructuur die de businesscase voor ondernemers veel aantrekkelijker kan maken.