Rotterdamse brief aan ministeries over stikstof en energietransitie

Rotterdamse brief aan ministeries over stikstof en energietransitie

De Tweede Kamer heeft op 17 december 2020 het wetsvoorstel ‘Stikstofreductie en natuurverbetering’ aanvaard. Het voorstel ligt nu voor aan de Eerste kamer. Daarmee wordt de structurele stikstofaanpak wettelijk vastgesteld waarmee de natuur herstelt en de uitstoot en neerslag van stikstof dalen.

De woningbouw wordt voor een deel vlotgetrokken, maar er komt geen stikstofdepositieruimte beschikbaar voor haven en industrie.

In aanloop naar de behandeling van dit wetsvoorstel heeft de gemeente Rotterdam samen met het Havenbedrijf Rotterdam N.V. en Deltalinqs een brief gestuurd aan vier ministers om hen erop te wijzen, dat in het wetsvoorstel de stikstofproblematiek in de haven en industrie onderbelicht blijft. Daarmee komt de voortgang van de transitie van de Rotterdamse haven naar een duurzaam en toekomstbestendig cluster ernstig in het geding.

De Rotterdamse haven is van nationaal belang en speelt nu al een belangrijke rol in de grondstof- en energiesector. Door de ontstane situatie is er gebrek aan stikstofdepositieruimte en verloopt de vergunningverlening al twintig maanden stroef. Ook maakt onzekerheid over de gevolgen van de stikstofproblematiek bedrijven huiverig om in de Rotterdamse haven te investeren. Het gaat dan bijvoorbeeld om het uitstellen van investeringsbeslissingen, maar er zijn ook actuele voorbeelden van bedrijven die door de stikstofproblematiek uitwijken naar het buitenland. Juist in dit stadium van de energietransitie mag Nederland op dit terrein geen kansen mislopen.

De gemiddelde bijdrage van de industrie aan de stikstofdeposities in daarvoor gevoelige Natura 2000-gebieden bedraagt landelijk circa 1%. Daarbij komt dat de industrie haar stikstofuitstoot tussen 1990 en 2017 met circa 75% heeft gereduceerd, ondanks de sterke groei van de sector. De grootste bijdrage aan de stikstofbelasting – in onze regio en daarbuiten – komt van buitenlandse bronnen en vanuit de landbouw. Daarmee kan het probleem niet in de Rijnmond worden opgelost en is de betrokkenheid van de provincie Zuid-Holland en het Rijk noodzakelijk om te komen tot oplossingen.

Vanuit de Rotterdamse verantwoordelijkheid voor de havenontwikkeling wordt er samen met regiopartners gewerkt aan een facetbestemmingsplan stikstof dat gebaseerd is op het ‘koepelconcept’. Een voorwaarde om het koepelconcept te laten slagen, is dat de totale extra stikstofuitstoot wordt gecompenseerd door een pakket aan maatregelen. Inzet daarbij is om de gerealiseerde natuurcompensatie voor de aanleg van MV2 (het Spanjaards Duin) alsnog te kunnen effectueren. Zonder een actieve rol van het Rijk is een dergelijk maatregelenpakket niet te realiseren.

In vervolg op deze brief vindt medio februari een gesprek plaats tussen Rotterdam en het Rijk. Naast havenwethouder Van Gils en Allard Castelein, sluit daar gelijk onze nieuwe voorzitter Victor van der Chijs bij aan. De ontwikkeling en transitie van de Rotterdamse haven zijn van nationaal belang én gezamenlijke opgaven. Hierover zal het gesprek gevoerd worden.