Pragmatische oplossing voor energiebesparingsplicht

Pragmatische oplossing voor energiebesparingsplicht

De Rijksoverheid heeft per 1 juli 2023 de energiebesparingsplicht aangescherpt. Afhankelijk van het energiegebruik per locatie en (milieubelastende) activiteiten moeten bedrijven sindsdien voldoen aan de informatie- en/of onderzoeksplicht energiebesparing.

Deze onderzoeksplicht geldt voor bedrijfslocaties die een jaarlijks energiegebruik vanaf 10 miljoen kWh elektriciteit of 170.000 m3 aardgas(equivalent) hebben. Deze bedrijven moeten dit jaar voor het eerst een energieverduurzamingsonderzoek indienen bij hun bevoegd gezag. Voor het Rijnmondgebied is dit DCMR Milieudienst Rijnmond. Daar moet het uiterlijk op 1 december zijn ingeleverd.

Extra werklast
Deze nieuwe verplichting brengt een aanzienlijke werklast met zich mee. Bij grote chemische bedrijven staat hier op onderdelen zoals onderzoek naar aandrijfsystemen en isolatie van leidingen een relatief zeer geringe potentiële energiebesparing tegenover. Dit was een van de uitkomsten van een onderzoek dat Deltalinqs (samen met verschillende bedrijven) hiervoor heeft laten uitvoeren door Bilfinger Tebodin en Blueterra. Vervolgens is Deltalinqs met DCMR in gesprek gegaan over de energiebesparingsplicht en de onderzoeksplicht in het bijzonder. Ook heeft DCMR gesprekken gevoerd met bedrijven over de in te dienen onderzoeken. Daarin hebben de bedrijven hun zorgen uitgesproken over de werkbelasting die zo’n onderzoek met zich meebrengt, terwijl er momenteel een schaarste is aan personeel en adviesbureaus voor dit type werk. Veel bedrijven zijn ook al druk doende met grote projecten voor de energietransitie, die minstens zo belangrijk zijn voor de verduurzaming van hun energiegebruik. Zij zoeken naar een slimme, doelgerichte aanpak die past binnen bestaande cycli van bijvoorbeeld onderhoud en vervanging.

Transparant geformuleerd plan
DCMR begrijpt de achterliggende problematiek van de bedrijven en heeft aangegeven positief te staan tegenover een acceptabel transparant geformuleerd plan. In dat plan kunnen bedrijven onderbouwen hoeveel (voorbereidings)tijd de benodigde activiteiten kosten en hoe ze samenhangen met andere verduurzamingsprojecten en te plegen onderhoudstops. In het plan moeten transparant navolgbare acties zijn opgenomen. Zo kunnen bedrijven bijvoorbeeld aangeven wanneer de isolatie van leidingen (gefaseerd) gecontroleerd gaat worden. Hetzelfde geldt voor de aandrijvingenscan. De check hoeft per 1 december nog niet helemaal gereed te zijn.

Positieve gesprekken
De gesprekken met DCMR zijn positief verlopen. De milieudienst heeft al veel initiatieven genomen om de bedrijven goed in te lichten en bezoeken afgelegd om eventuele vragen of obstakels te bespreken. Het doel hierbij was om tot pragmatische oplossingen te komen.

Om landelijk tot eenduidigheid in de uitvoering van deze wetgeving te komen, heeft DCMR ook een tweewekelijks overleg met de andere omgevingsdiensten ingevoerd.

Evalueren
DCMR verwacht zo’n 300 onderzoeken. Bedrijven kunnen, binnen een redelijke termijn, uitstel aanvragen voor het indienen van een plan. Bedrijven die vergeten het onderzoek in te dienen zullen worden aangeschreven. Alle partijen hebben zich voorgenomen om de nieuwe wetgeving over een jaar met elkaar te evalueren.