Er moet zeker een tandje bij

Er moet zeker een tandje bij

De afgesproken reductie van broeikasgassen met 49% wordt met het huidige beleid niet gehaald. De inspanningen moeten tweemaal zo groot worden. Dat meldde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) onlangs.

Jaarlijks stelt het PBL een Klimaat- en Energieverkenning (KEV) op, die heeft in de Klimaatwet een expliciete rol gekregen om de voortgang van het Klimaatbeleid te monitoren. De KEV 2020 geeft inzicht in de ontwikkelingen van de uitstoot van Nederlandse broeikasgassen in het verleden en tot en met 2030. De uitstoot laat een daling zien, maar niet voldoende om de doelstelling van 49% reductie in 2030 ten opzichte van 1990 te halen, zo laat het PBL weten.

Extra hard werken
"Er zal inderdaad zeker een tandje bij moeten", zegt Alice Krekt, programmadirecteur van het Deltalinqs Climate Program. "Mede daarom werken we met een breed scala aan stakeholders extra hard om invulling te geven aan verschillende projecten en akkoorden in onze regio. Het zou mooi zijn als het kabinet prioriteit geeft aan de juiste randvoorwaarden voor de verduurzaming van de industrie. Want juist in de industrie kunnen we grote stappen zetten tegen relatief lage maatschappelijke kosten. En we behouden er dan ook nog werkgelegenheid mee terwijl we bouwen aan de economie van de toekomst. De benodigde randvoorwaarden zijn: de juiste energie-infrastructuur, wetgeving, financiering en goed gekwalificeerd personeel."

Ingewikkeld Klimaatbeleid
Met de ambities van het kabinet is niets mis, liet Pieter Boot, hoofd van de sector klimaat bij PBL, in het NRC recent weten: "Dit kabinet heeft voor het eerst serieus Klimaatbeleid gevoerd. Dat is daarvoor lang niet gebeurd." Maar wat dit kabinet vooral laat zien, zegt Boot, is hoe ingewikkeld klimaatbeleid is. "Het duurt een hele tijd voor het op gang komt." Krekt is het daarmee eens: "De verduurzamingsopgave is complex en ambitieus, maar ik kijk ernaar uit om de klimaatdoelen snel binnen handbereik te brengen."