Netcongestieproblematiek in Rotterdamse haven blijkt zorgelijker na herijking

Netcongestieproblematiek in Rotterdamse haven blijkt zorgelijker na herijking

Uit een recente ‘herijking’ van TenneT over de congestiesituatie in onder andere het Rotterdamse havengebied blijkt dat mogelijk de komende jaren op piekmomenten de netveiligheid in de haven niet langer kan worden gegarandeerd. Bovendien kent het structureel oplossen van het verstopte elektriciteitsnet een langere doorlooptijd dan gedacht. Dit betekent dat met extra spoed maatregelen nodig zijn om uitval van stroom te voorkomen, te meer daar de lijst met bedrijven die wachten op een netaansluiting snel groeit.

Over de impact van de netcongestie op de bedrijvigheid in het havengebied organiseerden TenneT en Stedin onlangs in samenwerking met Deltalinqs een webinar. De rol van Deltalinqs tijdens het webinar was met name om samen de vertaling te maken naar wat dit voor de bedrijven betekent en hen perspectief te bieden tijdens de periode van het uitbreiden van het net. Ook het Havenbedrijf Rotterdam zat aan tafel, die dagelijks de gevolgen ervaart van het verslechterende investeringsklimaat. Bedrijven in het havengebied willen elektrificeren om daarmee COâ‚‚-reductie te realiseren, maar de verduurzaming stokt nu vanwege de wachtlijsten. Het is dus zaak om snel onconventionele oplossingen te vinden én realiseren.

Overschrijdingen van maximale capaciteit
In de Rotterdamse havenregio is sinds 2022 sprake van congestie: het hoogspanningsnet zit nagenoeg aan de maximale capaciteit. Dit betekent dat er - met uitzondering van bedrijven op de Maasvlakte - een stop is voor grootverbruikers die een nieuwe of verzwaarde aansluiting willen op het elektriciteitsnet. Erik Brouwer, senior netstrateeg bij TenneT, waarschuwde tijdens het webinar dat de betrouwbaarheid van het elektriciteitsnet in de haven in het geding komt als er niets gebeurt. “We verwachten vanaf 2027 regelmatige overschrijding van de capaciteit van het netwerk, met als gevolg dat componenten en verbindingen teveel worden belast.” De problemen worden met name veroorzaakt door de enorme toename van de autonome groei: bestaande bedrijven gebruiken steeds meer van de uitgegeven elektriciteit​ binnen hun contract. Daar komt volgens Brouwer bij dat technische maatregelen minder effect hebben dan eerder gedacht. “Daarom is er dringend flexibel vermogen nodig. We zoeken grootverbruikers die tijdens de piekmomenten minder stroom verbruiken of juist meer opwekken zodat er een betere balans tussen vraag en aanbod van stroom ontstaat.” Goed nieuws in dit verband is dat recent een eerste flex-contract is afgesloten.

Oplossingsrichtingen
TenneT beseft zich als netbeheerder terdege hoe groot de impact van de congestieproblemen is voor bedrijven in de haven. “We doen er alles aan om het net zo snel mogelijk uit te breiden”, richtte Frank Wester, directeur Operations bij TenneT het woord tot de deelnemers. “Maar dat kost veel tijd, onder andere door de schaarse ruimte. Ondertussen stijgt de vraag naar elektriciteit in de haven onverminderd door.” Gezien de urgentie van de problematiek werkt TenneT samen met Stedin, Havenbedrijf Rotterdam en Deltalinqs hard aan oplossingen. Dit gebeurt onder meer via de Energy en Industry Board en specifiek binnen de New Energy Taskforce. “We zijn bezig om verschillende maatregelen uit te werken. Dit gebeurt langs drie wegen: technische maatregelen, flexibel grootverbruik en verzwaren van het net.”

Regiodirecteur Martin Martens bij Stedin valt hem bij, want ook op het regionale net vormt congestie een toenemend probleem. Uit een eigen vooronderzoek blijkt dat er problemen kunnen spelen met name bij de stations Botlek en Europoort waarmee een deel van het Rotterdamse havencomplex wordt voorzien van elektriciteit. Stedin doet hier komend jaar nader onderzoek naar. “Het eerstgenoemde station betreft voornamelijk het zuidelijk deel van het Botlek-gebied. Station Europoort betreft het industriegebied Europoort in de Rotterdamse haven, Hoek van Holland en het noordwestelijke deel van de gemeente Voorne aan Zee.”

Investeringsplannen
Naast het herijkingsonderzoek hebben netbeheerders in oktober ook de nieuwe investeringsplannen gepresenteerd. Daaruit blijkt dat er meer wordt geïnvesteerd dan ooit. We zijn bezig met een enorme operatie”, aldus Wester. “Niet alleen in deze regio, maar in het hele land. Onze portefeuille is in twee jaar tijd toegenomen van 700 naar 1.000 projecten. Het werk hieraan vordert gestaag, maar de voortgang staat onder druk. Er komen steeds meer projecten bij en het vinden van geschikte locaties, zowel boven- als ondergronds, is complex. Ook kampen projecten met lange beroeps- en bezwaarprocedures en schaarste aan personeel. Als gevolg hiervan zie je in de haven dat veel projecten met 1 of 2 jaar naar achteren schuiven.” De opvallendste verandering is het project deel-net Simonshaven. “Het betreft een heel complex project, met verzwaring van meerdere stations en nieuw aan te leggen verbindingen. Dit schuift helaas enkele jaren op. Dankzij de inzet van mobiele schakelinstallaties verwachten we een deel in 2030 in bedrijf te hebben. Deze capaciteit zal maar voor een deel ten goede komen aan bedrijven, want is in eerste instantie nodig om het net veilig te houden. Het nieuw te bouwen 380 kV station in Europoort zal zorgen voor het oplossen van de huidige wachtlijst, die sinds twee jaar geleden vervijfvoudigd is. Dit is gereed in 2032.”

Ook regionaal netbeheerder Stedin investeert de komende jaren fors in het elektriciteits- en gasnet; gemiddeld  gaat het tussen 2026 en 2028 om € 1,6 miljard per jaar. Martens: “Deze investeringen zijn nodig om het energienet betrouwbaar, veilig en toekomstbestendig te houden, maar we kunnen niet alle werkzaamheden tijdig realiseren.” Alleen bouwen is echter niet genoeg. “Door het bestaande net slimmer te gebruiken en flexibele oplossingen toe te passen, kunnen we pieken beter opvangen en gerichter investeren.”

Knelpunten
Er zijn volgens Wester meerdere redenen waarom de congestieproblematiek niet van vandaag op morgen is opgelost. “Specifiek voor deze regio geldt het gebrek aan fysieke ruimte. De grond in de haven zit bomvol met allerhande leidingen en kabels, die vaak ook invloed hebben op stroomkabels. Dit maakt het inpassen van nieuwe stations en kabels in de bestaande omgeving erg complex. We hebben hier alle medewerking nodig van gemeenten en grondeigenaren.” Stedin kampt volgens Martens met dezelfde problemen. “Zo zijn we in de Botlek op dit moment bijvoorbeeld nog op zoek naar ruimte voor het nieuwe 150kV station. Het grootste gedeelte van de doorlooptijd zit in het voortraject met vergunningen, ruimtelijke inpassing en procedures. Zodra die rond zijn kan de bouw van een station vaak in twee jaar gereed zijn.” René van der Vooren, manager projecten bij het Havenbedrijf Rotterdam: “Hierin ligt ook een rol weggelegd voor ons. We doen er alles aan om die fysieke ruimte, ook in de ondergrond, zo snel mogelijk beschikbaar te stellen.

Gezamenlijk probleem
Tijdens het webinar was er voor de deelnemers gelegenheid om vragen te stellen, waarvan goed gebruik werd gemaakt. Hieruit werd volgens gespreksleider Eline van Krimpen (Deltalinqs) duidelijk dat iedereen de ernst van de situatie inziet en begrip heeft voor elkaars perspectief. “Dat lost het probleem echter nog niet op. Dit is de tijd waarin we onconventionele oplossingen moeten concretiseren en zo snel mogelijk moeten uitvoeren. Daar hebben we ook de politiek en de overheid voor nodig. Én de bedrijven. Het is een gezamenlijk probleem, wat we alleen samen kunnen oplossen.”

Terugkijken
Het webinar is opgenomen en in het Engels ondertiteld. Kijk het webinar hier terug.