Informatiebijeenkomst over toekomst industriële restwarmte

Informatiebijeenkomst over toekomst industriële restwarmte

Steeds meer wijken worden aangesloten op bestaande warmtenetten en met WarmtelinQ komt er nieuwe transportcapaciteit beschikbaar om de warmte ook naar andere steden te brengen. Maar hoe wordt op dit moment deze restwarmte opgevangen en welke kansen liggen er op dit gebied? Daarover gingen stakeholders uit de industrie op 19 april met elkaar in gesprek tijdens een live bijeenkomst, georganiseerd door Deltalinqs in samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam en WarmtelinQ.

Marès van den Hark ging namens de provincie Zuid-Holland in op de restwarmte voor de gebouwde omgeving en waarom we dit nodig hebben. Jentse Hoekstra vertegenwoordigde het Ministerie van Economische Zaken en gaf een presentatie over de Wet Collectieve Warmtevoorziening. Rutger Hoogstraten van Shell vertelde hoe het bedrijf nu al restwarmte uitkoppelt en welke uitdagingen hierbij komen kijken. Christoph Tönjes van WarmtelinQ liet zien hoe deze leiding op dit moment in de grond wordt gelegd en hoe men een aansluiting op dit systeem zou kunnen krijgen. Tussendoor sprak Jasper Schilling van de Regionale Energiestrategie Rotterdam Den Haag over de warmtenetten in Zuid-Holland en dan specifiek over waar de vraag vooral ligt. Al met al een volle middag waarin alle aspecten van restwarmte aan bod kwamen.

Tijdens de bijeenkomst werd duidelijk dat er veel belangstelling is voor warmte uit de haven om gebouwen en ook kassen duurzaam te verwarmen. Ook de overheid ziet kansen en maakt actief beleid om de warmte voor nuttige toepassingen te ontsluiten.

Tegelijk kwam ook nog een reeks uitdagingen naar voren. Deze bijeenkomst zal dan ook een vervolg krijgen, om de dialoog tussen de stakeholders te intensiveren en de uitdagingen in meer detail te adresseren. De vele kansen vragen immers om (nog) meer concrete projecten en we zullen de nodige dialoog daarom blijven faciliteren.

Na afloop van de bijeenkomst bleek La Cocotte in Hoogvliet, waar de bijeenkomst plaatsvond, een meer dan geschikte locatie voor een restwarmtebijeenkomst. Vol gepaste trots lieten de uitbaters aan de organisatie zien hoe zij al 23 jaar lang de warmte van hun koelinstallatie gebruiken om heet water van 70 graden te krijgen en zo nagenoeg geen extra energie meer voor heet water hoeven in te zetten. Ze vonden het verspilling om de warmte gewoon maar naar de buitenlucht te koelen en bedachten samen met hun installateur een alternatieve oplossing.