Grote maar kansrijke CO2-reductie-opgave Rotterdam

Grote maar kansrijke CO2-reductie-opgave Rotterdam

"Er is werk aan de winkel om de komende tijd met elkaar concrete afspraken te maken over CO2-reductie door het Rotterdamse industriecluster", stelt senior beleidsmedewerker Maxim Snippe.

In de aanloop naar het nieuwe Klimaatakkoord worden namelijk vijf sectortafels ingesteld. Eén daarvan is de sectortafel industrie. Aan deze tafel maken overheid en bedrijfsleven harde afspraken over hoe we de klimaatdoelen gaan bereiken.

Als accounthouder Mainport Rotterdam coördineert Maxim Snippe vanuit het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat allerlei zaken die van belang zijn voor de haven. Denk aan energiesubsidiebeleid, innovatiebeleid, maar ook de algemene visie op hoe het met de haven verder moet. "De Nederlandse industrie is van Europees belang. De inzet van het kabinet is een sterke Nederlandse industrie die CO2-neutraal produceert met behoud en versterking van het concurrentievermogen", stelt Snippe. "Dat de CO2- uitstoot fors omlaag moet, is glashelder. Het kabinet heeft in het regeerakkoord een ambitieuze klimaat- en energieagenda geformuleerd waarbij CO2-emissiereductie centraal staat."

In de Tweede Kamer-brief staan de algemene kaders die het kabinet hanteert voor het Klimaatakkoord en een voorstel van de Minister voor een aanpak om tot het Klimaatakkoord te komen.

Investeringen in Nederland
Er moet in allerlei sectoren veel gebeuren om aan het Akkoord van Parijs te voldoen. Snippe: "De inzet van het kabinet is dat een belangrijk deel van de CO2-reductieopgave gerealiseerd wordt in de industrie, omdat daar een groot technisch besparingspotentieel is dat tegen relatief lage kosten benut kan worden. Het gaat om het bevorderen van CO2-emissiereductie in de bestaande industrie en het stimuleren van nieuwe bedrijvigheid. Op zo’n manier dat de investeringen die bijdragen aan CO2-emissiereductie in Nederland gedaan worden. Zo kan het terugbrengen van de CO2-uitstoot en de versterking van ons verdienvermogen hand in hand gaan." Circa 20% van de Nederlandse COwordt in de Rotterdamse haven uitgestoten. Snippe geeft aan dat de opgave in Rotterdam fors is. Tegelijkertijd ziet hij in de grote concentratie van CO2-emissies in de haven kansen om technieken voor forse CO2-reductie kosteneffectief en grootschalig toe te passen. "En we zien dat Deltalinqs, het bedrijfsleven en Havenbedrijf Rotterdam al aan de slag zijn met projecten die zorgen voor CO2-reductie."

Vijf sectortafels
De Minister streeft nu naar een klimaatakkoord met als uitgangspunt 49% broeikasgasreductie in 2030. Snippe: "Streven is dit akkoord op hoofdlijnen rond de zomer gereed te hebben. Daarbij betrekt de Minister decentrale overheden en een breed scala aan maatschappelijke partijen, waaronder bedrijven, energiecoöperaties, netbeheerders, woningcorporaties en natuur- en milieuorganisaties. Dat gebeurt in zogeheten sectortafels, waarin – onder een onafhankelijke voorzitter – overheid en maatschappelijke partners overleg voeren over hoe we de doelen gaan halen. Voor het Deltalinqs Energy Forum zijn drie sectortafels belangrijk: de sectortafel elektriciteit (energiebedrijven en netbeheerders), de sectortafel industrie en de sectortafel transport. Uitgangspunt hierbij is dat er een Klimaatakkoord komt waarmee we voldoen aan de doelen van Parijs en het regeerakkoord.

300 miljoen beschikbaar
Aan de sectortafels krijgen de bedrijven de kans om aan te geven hoe ze bij gaan dragen aan de klimaatdoelen en tegelijkertijd om bij de overheid aan te geven wat daarvoor nodig is. "In het regeerakkoord", vertelt Snippe, "is afgesproken dat jaarlijks € 300 miljoen (2018 t/m 2030) beschikbaar is voor experimenten en projecten die bijdragen aan het realiseren van de reductiedoelstelling van het kabinet." Het bedrijfsleven mag dus ook iets van de overheid terugverwachten. Overigens gaat het niet alleen om financiële ondersteuning, maar ook om mogelijk benodigde beleidsaanpassingen. Bij de uitwerking van de sectortafel kijkt EZK naar goede vertegenwoordiging van het Rotterdams industriecluster gezien het forse aandeel van Rotterdam in de nationale CO2-uitstoot.

Verdienkansen
Snippe ziet ook verdienkansen voor de industrie: "We kunnen waardevolle kennis opdoen over kosteneffectieve oplossingen voor het klimaatprobleem. De Nederlandse industrie moet opboksen tegen zware internationale concurrentie. En veel hoofdkantoren van Nederlandse industriële bedrijven zijn gevestigd in het buitenland. Dat betekent dat daar de beslissingen genomen worden over wel of niet investeren in Nederland. Wanneer we Nederland zodanig weten te positioneren dat hier de verduurzamingskennis zit, samen met een overheid die meehelpt, door haar beleid daarop af te stemmen en daarvoor middelen beschikbaar stelt, is Nederland de verduurzamings-place to be! En zo kunnen we met z’n allen kennis opdoen over nieuwe technologieën, die we internationaal kunnen uitventen. Wanneer we in Nederland bijvoorbeeld kennis ontwikkelen over de waterstofeconomie of over CCU, dan kun je daar geld mee verdienen. Ik zie de komende periode als een kans voor de industrie om de juiste keuzen te maken."